7 Speerwaterjuffer

Mannetje Speerwaterjuffer (foto: Erik Moonen)

Figuur 7.1: Mannetje Speerwaterjuffer (foto: Erik Moonen)

7.1 Meetnetkarakteristieken

Tabel 7.1: Karakteristieken van het meetnet Speerwaterjuffer
Meetnetkarakteristieken
Veldprotocol Gebiedstelling imago’s
Aantal bezoeken (per jaar) 2
Telperiode 15/05 - 20/06
Selectie locaties Integraal
Aantal locaties 6
Duur meetcyclus (jaar) 1

7.2 Aantal tellingen, tellers en getelde locaties

Figuur 7.2 toont het aantal tellers, het aantal tellingen en het aantal getelde meetnetlocaties voor het meetnet Speerwaterjuffer. Alle zes meetnetlocaties werden jaarlijks tweemaal geteld.

Figuur 7.2: Monitoringsinspanning voor het meetnet Speerwaterjuffer

7.3 Vergelijking tussen de jaren

Figuur 7.3 toont de jaarlijkse verschillen t.o.v. referentiejaar. In 2018 en 2019 is er een mogelijke afname in aantallen t.o.v. het referentiejaar 2017.

Jaarlijkse verschillen in aantallen t.o.v referentiejaar met het 90 \% betrouwbaarheidsinterval voor de Speerwaterjuffer. De symbolen geven de classificatie van de verschillen weer (R = referentie; `++` = sterke toename; `+` = toename; `+~` = matige toename; `~` = stabiel; `-~` = matige afname; `-` = afname; `--` = sterke afname; `?+` = mogelijke toename; `?-` = mogelijke afname; `?` = onbekend). De stippellijnen tonen de referentiewaarde (0 \%), de ondergrens (-25 \%) en de bovengrens (+33 \%) waarop de classificatie gebaseerd is.

Figuur 7.3: Jaarlijkse verschillen in aantallen t.o.v referentiejaar met het 90 % betrouwbaarheidsinterval voor de Speerwaterjuffer. De symbolen geven de classificatie van de verschillen weer (R = referentie; ++ = sterke toename; + = toename; +~ = matige toename; ~ = stabiel; -~ = matige afname; - = afname; -- = sterke afname; ?+ = mogelijke toename; ?- = mogelijke afname; ? = onbekend). De stippellijnen tonen de referentiewaarde (0 %), de ondergrens (-25 %) en de bovengrens (+33 %) waarop de classificatie gebaseerd is.

7.4 Trend

Over de periode 2017 - 2020 vertoont de Speerwaterjuffer een gemiddelde jaarlijkse trend van -17 % met een 90%-betrouwbaarheidsinterval tussen -43 % en 15 %. De trend is dus onbekend (?). Voorlopig kunnen we dus nog geen uitspraak doen over de trend.

7.5 Andere waargenomen libellensoorten in het meetnet Speerwaterjuffer

In Tabel 7.2 geven we een overzicht voor alle getelde libellensoorten in het meetnet Speerwaterjuffer.

Tabel 7.2: Overzicht van de waargenomen libellen in het meetnet Speerwaterjuffer. Totaal = totaal aantal individuen; Gemiddeld = gemiddeld aantal getelde individuen per bezoek; bezoeken = het aantal bezoeken dat soort werd geteld; proportie bezoeken (%) = proportie van de bezoeken dat soort werd waargenomen
Nederlandse naam Wetenschappelijke naam Totaal Gemiddeld Bezoeken Proportie bezoeken (%)
Azuurwaterjuffer Coenagrion puella 1156 50.26 23 39
Viervlek Libellula quadrimaculata 1136 51.64 22 39
Speerwaterjuffer Coenagrion hastulatum 650 11.61 56 55
Lantaarntje Ischnura elegans 461 20.04 23 34
Beekoeverlibel Orthetrum coerulescens 284 12.35 23 9
Koraaljuffer Ceriagrion tenellum 223 9.70 23 29
Watersnuffel Enallagma cyathigerum 187 8.50 22 9
Smaragdlibel Cordulia aenea 148 6.43 23 25
Vuurjuffer Pyrrhosoma nymphula 142 6.45 22 27
Tengere grasjuffer Ischnura pumilio 106 4.82 22 14
Gewone oeverlibel Orthetrum cancellatum 102 4.64 22 18
Venwitsnuitlibel Leucorrhinia dubia 88 3.52 25 18
Grote keizerlibel Anax imperator 85 3.86 22 32
Gevlekte witsnuitlibel Leucorrhinia pectoralis 73 2.70 27 21
Bruine winterjuffer Sympecma fusca 53 2.41 22 14
Vroege glazenmaker Aeshna isoceles 45 1.80 25 20
Noordse witsnuitlibel Leucorrhinia rubicunda 41 1.52 27 18
Grote roodoogjuffer Erythromma najas 36 1.64 22 11
Glassnijder Brachytron pratense 21 0.95 22 14
Platbuik Libellula depressa 16 0.73 22 12
Gewone pantserjuffer Lestes sponsa 11 0.50 22 11
Vuurlibel Crocothemis erythraea 11 0.50 22 11
Houtpantserjuffer Chalcolestes viridis 5 0.23 22 4
Gaffelwaterjuffer Coenagrion scitulum 4 0.17 23 4
Variabele waterjuffer Coenagrion pulchellum 4 0.17 23 5
Gevlekte glanslibel Somatochlora flavomaculata 3 0.13 23 2
Metaalglanslibel Somatochlora metallica 2 0.09 22 2
Weidebeekjuffer Calopteryx splendens 2 0.09 22 4
Blauwe glazenmaker Aeshna cyanea 1 0.05 22 2
Hoogveenglanslibel Somatochlora arctica 1 0.04 23 2
Plasrombout Gomphus pulchellus 1 0.05 22 2

Van de doelsoort en de vijf meest getelde overige soorten geven we in Figuur 7.4 het gemiddeld aantal getelde exemplaren per bezoek voor elk jaar.

Figuur 7.4: Gemiddeld aantal getelde individuen per bezoek voor Speerwaterjuffer en de vijf meest voorkomende andere libellensoorten van het meetnet Speerwaterjuffer