5 Overzicht van de resultaten
In dit onderdeel geven we een overzicht van de resultaten van de analyses voor Aardbeivlinder, Argusvlinder, Bruin dikkopje, Bruine eikenpage, Gentiaanblauwtje, Grote weerschijnvlinder, Heivlinder, Klaverblauwtje, Kommavlinder, Oranje zandoogje en Veldparelmoervlinder. Het meetnet Moerasparelmoervlinder ging pas in 2020 van start waardoor het nog te vroeg is voor een analyse uit te voeren.
5.1 Verschillen tussen de jaren
Tabel 5.1 geeft de verschillen in aantallen t.o.v. het referentiejaar. Als referentiejaar kiezen we hier het jaar waarin het meetnet van start ging. We geven de verschillen weer aan de hand van de classificatie zoals besproken in paragraaf 2.5, waarbij we -25 % als ondergrens en +33 % als bovengrens nemen.
Nederlandse naam | Referentiejaar | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
---|---|---|---|---|---|---|
Aardbeivlinder | 2017 |
?+
|
?-
|
?-
|
?-
|
|
Argusvlinder | 2016 |
?-
|
?-
|
-
|
--
|
--
|
Bruin dikkopje | 2017 |
?-
|
?-
|
--
|
--
|
|
Bruine eikenpage | 2018 |
-
|
-
|
?
|
||
Gentiaanblauwtje | 2016 |
?-
|
?-
|
?-
|
?-
|
?-
|
Grote weerschijnvlinder | 2018 |
--
|
--
|
--
|
||
Heivlinder | 2016 |
--
|
--
|
--
|
--
|
--
|
Klaverblauwtje | 2017 |
--
|
--
|
--
|
--
|
|
Kommavlinder | 2016 |
?
|
--
|
--
|
--
|
--
|
Oranje zandoogje | 2017 |
?-
|
?+
|
+
|
?+
|
|
Veldparelmoervlinder | 2016 |
?-
|
?+
|
?+
|
?+
|
?
|
Een andere manier om de jaarlijkse verschillen voor te stellen is door steeds de verschillen tussen twee opeenvolgende jaren te bepalen zoals in 5.2. Op die manier krijgen we bijkomende informatie over hoe de aantallen variƫren over de jaren. Voor Kommavlinder zien we bijvoorbeeld een sterke afname in aantallen voor de jaren 2018 tot 2021 in vergelijking met het referentiejaar 2016. Maar als we de opeenvolgende jaren vergelijken zien we in 2021 een toename in aantallen in vergelijking met 2020.
Nederlandse naam | 2016 - 2017 | 2017 - 2018 | 2018 - 2019 | 2019 - 2020 | 2020 - 2021 |
---|---|---|---|---|---|
Gentiaanblauwtje |
?-
|
?-
|
?-
|
?-
|
?-
|
Aardbeivlinder |
?+
|
-
|
?-
|
?-
|
|
Argusvlinder |
?-
|
?-
|
?-
|
-
|
?-
|
Bruin dikkopje |
?-
|
?-
|
-
|
?
|
|
Bruine eikenpage |
-
|
?
|
+
|
||
Grote weerschijnvlinder |
--
|
-
|
?+
|
||
Heivlinder |
--
|
-
|
?-
|
?+
|
?
|
Klaverblauwtje |
--
|
?
|
?+
|
?
|
|
Kommavlinder |
?
|
--
|
--
|
?
|
+
|
Oranje zandoogje |
?-
|
+
|
?+
|
?-
|
|
Veldparelmoervlinder |
?-
|
?+
|
?+
|
?
|
?-
|
5.2 Verschillen tussen de meetcycli
Bij soorten die geteld worden met een meetcyclus van drie jaar, zullen de verschillen tussen de jaren voor een deel afhankelijk zijn van welke locaties er elk jaar geteld worden. Daarom is het ook nuttig om periodes van drie jaar (die overeenkomen met een meetcyclus) met elkaar te vergelijken. Voor Heivlinder en Argusvlinder werden er al twee meetcycli afgerond (2016 - 2018 en 2019 - 2021) en kunnen we dus deze beide periodes vergelijken (Tabel 5.3). Voor beide soorten zien we een sterke afname in de periode 2019 - 2021 t.o.v. de periode 2016 - 2018. Het meetnet Oranje zandoogje ging in 2017 van start, waardoor de tweede cyclus afloopt in 2022 en we pas dan beide meetcycli kunnen vergelijken.
Nederlandse naam | Referentie meetcyclus | 2019 - 2021 |
---|---|---|
Argusvlinder | 2016 - 2018 |
--
|
Heivlinder | 2016 - 2018 |
--
|
5.3 Trends
In Tabel 5.4 geven we een overzicht van de gemiddelde jaarlijkse trend en de totale trend over de meetnetperiode. We duiden ook aan of de trend al dan niet lineair is. Een lineaire trend betekent dat de jaarlijkse daling of stijging relatief constant is. Bij een niet-lineaire trend fluctueren de aantallen sterk van jaar tot jaar, maar hebben we gemiddeld gezien over de hele tijdsperiode wel een stijging of een daling.
Nederlandse naam | Periode | Klasse | Interpretatie | Jaarlijkse wijziging | Wijziging over de looptijd |
---|---|---|---|---|---|
[Aardbeivlinder] | 2017 - 2021 |
-
|
Niet lineair | -14% (-24%; -4%) | -45% (-67%; -15%) |
[Argusvlinder] | 2016 - 2021 |
--
|
Quasi lineair | -21% (-27%; -15%) | -69% (-79%; -55%) |
[Bruin dikkopje] | 2017 - 2021 |
--
|
Niet lineair | -28% (-36%; -19%) | -72% (-83%; -57%) |
[Bruine eikenpage] | 2018 - 2021 |
?
|
Niet lineair | +2% (-17%; +24%) | +11% (-43%; +91%) |
[Gentiaanblauwtje] | 2016 - 2021 |
-
|
Quasi lineair | -17% (-28%; -5%) | -58% (-80%; -24%) |
[Grote weerschijnvlinder] | 2018 - 2021 |
--
|
Niet lineair | -53% (-65%; -41%) | -89% (-96%; -79%) |
[Heivlinder] | 2016 - 2021 |
--
|
Niet lineair | -24% (-30%; -18%) | -74% (-83%; -64%) |
[Klaverblauwtje] | 2017 - 2021 |
--
|
Niet lineair | -40% (-54%; -24%) | -85% (-96%; -66%) |
[Kommavlinder] | 2016 - 2021 |
--
|
Niet lineair | -41% (-50%; -32%) | -93% (-97%; -86%) |
[Oranje zandoogje] | 2017 - 2021 |
+
|
Niet lineair | +15% (+6%; +24%) | +77% (+28%; +138%) |
[Veldparelmoervlinder] | 2016 - 2021 |
?+
|
Niet lineair | +9% (-4%; +24%) | +65% (-20%; +190%) |
De gemiddelde jaarlijkse trend wordt ook visueel voorgesteld in Figuur 5.1. De x-as van deze figuur heeft een logaritmische schaal. Een halvering (-50 %) is immers een even sterk effect als een verdubbeling (+100 %). Opnieuw maken we gebruik van de classificatie zoals besproken in paragraaf 2.5 met -25 % als ondergrens en +33 % als bovengrens voor de totale trend over de meetperiode. Voor een periode van zes jaar (2016 - 2021) komt de ondergrens overeen met een gemiddelde jaarlijkse trend van -5,6 % en de bovengrens met een gemiddelde jaarlijkse trend van +5,9 %.
Westra, T., Maes, D., Van De Poel, S. en Onkelinx, T. (2022). doi.org/10.21436/inbor.70771847