Deze hulpfunctie geeft een vector met alle verschillende waarden die in een gespecificeerd veld van een gespecificeerde tabel in de databank met LSVI-indicatoren staan, voorafgegaan door de (toegevoegde) waarde "alle". Deze functie wordt in verschillende functies van het package gebruikt om de invoer van parameters te controleren (waar de mogelijke invoer bestaat uit 'alle' of een item uit het veld). In enkele gevallen wordt dit commando in de documentatie vermeld zodat ook de gebruiker in die specifieke gevallen de lijst met mogelijke invoerwaarden op een eenvoudige manier kan opvragen.

Gebruikers die de databankstructuur en bijhorende naamgeving niet kennen, kunnen dezelfde info het gemakkelijkst bekomen door een tabel voor de volledige dataset op te vragen, het gewenste veld te selecteren en hiervan de unieke waarden weer te geven (zie voorbeeld).

geefUniekeWaarden(Tabelnaam, Veldnaam, ConnectieLSVIhabitats = NULL)

Arguments

Tabelnaam

De naam van de tabel waarin het veld zich bevindt (String)

Veldnaam

De naam van het veld (in de bij Tabelnaam opgegeven tabel) waarvan de waarden moeten opgezocht worden (String)

ConnectieLSVIhabitats

Connectie met de databank met indicatoren voor de LSVI van habitats, in te stellen d.m.v. functie connecteerMetLSVIdb.

Value

Deze functie geeft een vector bestaande uit "alle" en de verschillende waarden uit de gespecifieerde tabel.

Examples

# Omwille van de iets langere lange duurtijd van de commando's staat bij
# onderstaand voorbeeld de vermelding 'dontrun' (om problemen te vermijden
# bij het testen van het package). Maar het voorbeelden werkt en kan zeker
# uitgetest worden.
if (FALSE) {
maakConnectiePool()
geefUniekeWaarden("Versie","VersieLSVI")

#alternatieven om deze invoerlijst te bekomen:
unique(geefVersieInfo()$VersieLSVI)

library(dplyr)
geefVersieInfo() %>%
  select(VersieLSVI) %>%
  distinct()

library(pool)
poolClose(ConnectiePool)
}